po/vo/mboervaringsverhaal

Als 17-jarige Zeeuw kende hij geen enkele homo. Toch wist hij dat hij op jongens viel. Hij had toen graag “een ervaren zeevaarder gekend die wist waar de zandbanken lagen, maar ook waar ik het meeste kon zien en ontdekken.” Nu is Mart Roumen zelf dat rolmodel, als ambassadeur voor lhbti+-jongeren in Zeeland. Dit is zijn verhaal.

Homo-ambassadeur + sportjournalist?

In de namiddag van 28 februari 2013 gaat mijn telefoon af. Het Anti Discriminatie Bureau Zeeland vraagt of ik na wil denken over de functie van ambassadeur voor lhbt+-jongeren in Zeeland.

Vele jaren heb ik me bezig gehouden met de acceptatie van homoseksuelen in de sport en zodoende kwamen zij ook bij mij uit. Toch was er eerst twijfel.

“Wil ik wel bekend (blijven) staan als de homo die acceptatie komt prediken?”

Dat was de vraag die constant door mijn hoofd joeg. Sportjournalistiek was mijn nieuwe passie en dat laat zich niet echt rijmen met de – toch wel – activistische functie van homo-ambassadeur.

Ik was toch geen ‘homo’

Tijdens dit verzoek schoten mijn gedachten terug naar de koude winter van 2007/2008. Een onzekere jongen in het kleine dorpje ’s Heer Arendskerke besloot toen om definitief het roer om te gooien. Na een kerstvakantie, waarin het overdenken van vragen centraal stond, was er na een simpele optelsom eigenlijk maar één conclusie te trekken. Als ik niet geïnteresseerd ben in meisjes, maar wel in jongens, moet ik dus…… Ik durfde in die tijd het woord ‘homo’ niet in de mond te nemen. Ik vond het té stigmatiserend en te negatief. Misschien ook omdat ik er onbekend mee was. Mijn ouders hadden geen homo-vrienden, in het dorp en op het Goese Lyceum kende ik ze niet en ook op de voetbalclub bestond dat ‘fenomeen’ niet.

Gewoon een relaxte jongen

Ik was immers geen homo, maar gewoon een relaxte jongen. Mijn grootste hobby was voetbal. Tot op de minuut wist ik het laatste nieuws van Feyenoord. Daarnaast hield ik me voornamelijk bezig met mijn eigen club VVA en tussendoor trapte ik met vrienden graag een balletje tegen de muur van de plaatselijke brandweer (excuus nog voor alle keren dat we op de goot liepen). Verder speelde ik met veel plezier gitaar in wat bandjes en was ik fervent fan van Surrender. Ik leidde het leven van een ‘typische hetero-jongen’ vond ikzelf.

Cool: een homo-vriend

Dát leven rijmde zich niet met homo-zijn. Het kón gewoon niet, sterker nog: we maakten vaak grapjes over homo’s. Toch besloot ik om aan het einde van die bewuste kerstvakantie mijn stoute schoenen aan te trekken en mijn vrienden stuk voor stuk uit te nodigen op het schoolplein van het Schengehof. Ik herinner me vooral het onweer en de keiharde regen. Mijn hartslag was hoger dan die van Usain Bolt na zijn succesnummer. Toch kon ik het niet: vertellen dat ik homo was, vandaar dat ik – nogal hypocriet – vertelde dat ik ‘op jongens viel.’ Het hoge woord was eruit en de reacties alleen maar positief. Veel vrienden vonden het eigenlijk wel cool om een homo-vriend te hebben. Het was ‘weer eens wat anders.’

Diversiteit in homo’s

Als ik terugkijk op die periode was het één groot circus. Homo’s zijn net zo divers als hetero’s. Hooligans, rappers, boeren, profvoetballers, Zeeuwen. In iedere groep zijn er homoseksuelen. De vraag is alleen, hoe ga je ermee om? Verstop je die gevoelens, omdat je jezelf hetero voelt? Of ga je juist ontdekken? Ik koos na vakantie-lange overpeinzingen voor het laatste, en dat kan ik iedereen aanbevelen.

Behoefte aan ervaren zeevaarder

De hele cyclus van nieuwsgierigheid, op reis gaan, verkennen en ontdekken vindt tegenwoordig in Zeeland niet meer plaats op grote zeeën, maar in het sociale verkeer. Je zou de Zeeuwse homo-jongeren, die openlijk voor hun homoseksualiteit uitkomen, met wat fantasie de nieuwe zeevaarders kunnen noemen. Iedereen vindt zijn eigen weg naar geluk, ondersteund door een portie nieuwsgierigheid en eerdere verhalen. Ik, als naïeve 17-jarige jongen, kende het fenomeen ‘homo-zijn’ niet, wist er niets van af. De eerdere verhalen bestonden in mijn context niet.

“Toch had ik in die tijd graag een referentiekader gehad: iemand in mijn omgeving die mij wegwijs kon maken en antwoorden had op mijn vragen.”

Een ervaren zeevaarder die wist waar de zandbanken lagen, maar ook waar ik het meeste kon zien en ontdekken. Een rolmodel met wie ik mij zou kunnen identificeren had mij verder kunnen helpen. Eigenlijk had ik iemand nodig als mezelf….

Je eigen weg volgen

Dat schoot door mij heen toen ik de telefoon had neergelegd. Waarom zou iemand anders die rol moeten pakken, terwijl ik er zélf behoefte aan zou hebben gehad? Het is onzin om te denken dat acceptatie vanzelf gaat, daar zijn mensen voor nodig die hier ervaring mee hebben. Die weten hoe het is om het hele proces van een ‘zeevaarder’ mee te maken. Met dit in mijn achterhoofd besefte ik hoe hypocriet mijn eerdere twijfel was. Natúúrlijk wil ik me inzetten om bij te dragen aan de acceptatie van homoseksuelen in Zeeland. Ik hoop jongeren te kunnen inspireren hun eigen weg te volgen, hoe lastig dat soms ook is. Er zijn vele barrières en vooroordelen. Wie anders dan ikzelf – die ze zelf óók had – kan dat beamen. Samen met het Anti Discriminatie Bureau Zeeland wil ik de nieuwe Zeeuwse helden wegwijs maken. Komende jaren gaan we daar flink mee aan de slag. Jullie horen van me.

Mart Roumen
Ambassadeur AntiDiscriminatie Bureau Zeeland.
www.martroumen.nl

Bron

Dit verhaal is integraal overgenomen van de website van het Anti Discriminatie Bureau Zeeland: ‘Ga op reis, ontdek! Zeeuwse lhbt-jongeren nieuwe generatie zeevaarders’, augustus 2013. Inmiddels is dit alleen nog te vinden op de website van Mart Roumen zelf.

Ga naar het Adviespunt van School & Veiligheid

voor advies over lhbti+ en sociale veiligheid op school